Wordt er geen opzegtermijn gepresteerd, dan moet de werkgever een opzegvergoeding uitbetalen. De betaling dient in principe te gebeuren ten laatste op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, d.w.z. op de laatste werkdag. Onder de strikte voorwaarden van het KB van 29 augustus 1985 kan de opzegvergoeding in maandtermijnen worden betaald wanneer de onderneming in moeilijkheden verkeert of uitzonderlijk ongunstige economische omstandigheden kent.
Daarnaast moet de werkgever het loon betalen voor de dagen die werden gepresteerd in de laatste maand van tewerkstelling, de prorata-eindejaarspremie indien dit zo geregeld is in de sectorale of bedrijfs-cao, en het loon voor de feestdagen die vallen binnen de 14 of 30 dagen na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Deze betalingen moeten gebeuren ten laatste op de dag waarop het loon zou zijn uitbetaald als de werknemer niet ontslagen was.
Soms hebben werknemers daar bovenop nog recht op specifieke betalingen, zoals een uitwinningsvergoeding voor handelsvertegenwoordigers, een niet-concurrentievergoeding, een sluitingsvergoeding of een vergoeding collectief ontslag.
Voor bedienden dient ook het vertrekvakantiegeld te worden betaald. Voor arbeiders moet dat niet. De arbeider krijgt zijn vakantiegeld van de RJV tussen 2 mei en 30 juni van het jaar dat volgt op het ontslag.
De werkgever moet ook verschillende sociale documenten aan de werknemer overhandigen, m.n. het werkloosheidsattest C4, de laatste loonfiche, de individuele rekening en de fiscale fiche 281.10. Aan de bedienden moet ook een vakantieattest worden afgeleverd.
Heeft de werknemer recht op ecocheques, dan moet de werkgever hem ook een fiche bezorgen met informatie over het aantal ecocheques waarop hij recht heeft en het moment waarop deze hem bezorgd zullen worden.
Op verzoek van de werknemer levert de werkgever ook een getuigschrift van tewerkstelling af waarop enkel de begin- en de einddatum van de arbeidsovereenkomst en de aard van de verrichte arbeid worden vermeld.
De sociale documenten worden afgeleverd bij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, behalve de individuele rekening die pas moet worden bezorgd binnen de twee maanden na het einde van het kwartaal waarin de arbeidsovereenkomst is beëindigd.
De werkgever die deze verplichtingen niet naleeft, kan administratieve of strafsancties oplopen.