“Thomas en Kelly wonen samen met hun moeder Ria in het huis van Ria’s nieuwe vriend. Hun huis is ongeschikt verklaard. De twee andere broers zitten op internaat en in een voorziening van de jeugdhulp. Daarvoor zaten ze in verschillende opvanghuizen voor dak- en thuislozen, verspreid over Vlaanderen. Ze moesten telkens veranderen van school. Er zijn schulden en te weinig geld om een woning te huren."
Dit is een fragment uit het leven van één van de 43 dak- en thuisloze kinderen, jongeren en ouders waarmee het Kinderrechtencommissariaat in 2016 sprak. De kinderen, jongeren en ouders deelden met het Kinderrechtencommissariaat hun grootste zorgen en wensen. Ze vertelden over hun woonproblemen en de vele gebeurtenissen die tot dak- en thuisloosheid leidden. De leidraad van het gesprek was het respect voor de rechten van de kinderen en ‘het recht op alles wat nodig is om ervoor te zorgen dat je niet ziek wordt, geen honger hebt en een dak boven je hoofd hebt’. Alles vind je terug in ‘(n)ergens kind aan huis. dak- en thuisloosheid vanuit kindperspectief’.
Dak- en thuisloosheid bij kinderen is een ‘en-en-en-…’ verhaal
Vanaf de eerste gesprekken werd duidelijk dat dak- en thuisloosheid bij kinderen en jongeren een ‘en-en-en-…’ verhaal is. Dak- en thuisloosheid tast hun gezondheid en welzijn op vele domeinen aan. Het zet hun recht op wonen, onderwijs, vrije tijd, privacy, gezinsleven, gezondheidszorg én adequate levensstandaard op spel. Ook de oorzaak van dak- en thuisloos is geen eenduidig verhaal. Ouders, kinderen en jongeren vertelden over de woning die ongeschikt werd verklaard, een eigenaar die plots de huur verhoogde en hun gezin buiten gooide, de verkoop van hun huurwoning, … maar ook over alcoholmisbruik, een moeder die niet meer omkijkt naar de kinderen, geweld in het gezin, ruzies tussen de ouders.
Vluchteling in eigen land
Dak- en thuisloze kinderen verliezen niet alleen hun thuis, ze verlaten ook hun school, hun juf, hun klasgenoten. Ze worden vluchteling in eigen land. De ouders en kinderen die hun woning moesten verlaten of die vluchtten voor geweld in het gezin getuigden over een moeilijk parcours vooraleer ze onderdak of opvang vonden. Sommigen vonden tijdelijk onderdak bij vrienden of lotgenoten. Jongeren moesten noodgedwongen op straat leven. Een ouder vertelde dat ze samen met haar kinderen het intra-familiaal geweld doorstond tot er een plaats vrijkwam in de opvang.
Noodgedwongen trokken ouders en kinderen weg uit eigen streek omdat er geen opvang was of geen woning die ze konden betalen. Vonden ze uiteindelijk wel opvang, dan werd een privé gezinsleven meestal onmogelijk - buiten de gezinskamer is bijna alles collectief in de opvang - en stapelden de schulden zich op, zeker wanneer het OCMW niet tussenkwam in de opvangkosten.
Thomas en Kelly zijn niet alleen
Thomas, Kelly en de andere deelnemende kinderen en jongeren zijn helaas niet de enige kinderen en jongeren in Vlaanderen die dak- en thuisloos zijn. In 2014 troffen Evy Meys en prof. Koen Hermans 3.730 dak- en thuisloze cliënten in de Vlaamse thuislozenzorg aan. Ze telden 1.728 minderjarigen die er samen met hun ouder(s) verbleven. In 2017 werden in Brussel tijdens één uur 653 dakloze kinderen geteld. Ze verbleven in publieke plaatsen, sliepen in de winteropvang of kraakten leegstaande panden.
Er is meer dan ooit werk aan de winkel om de rechten die artikel 25 toekent voor iedereen in Vlaanderen en België waar te maken. Het is belangrijk rechten te hebben, nog belangrijker is er ook aanspraak op te maken zodat iedereen een menswaardig bestaan kan leiden.
Over Caroline Vrijens
Caroline Vrijens is vanaf 1 augustus 2019 Vlaamse kinderrechtencommissaris. Ze is juriste. Ze was daarvoor actief rond integrale jeugdhulp bij het Agentschap Opgroeien, het voormalige Agentschap Jongerenwelzijn. Ze werkte ook als advocay expert bij SOS Kinderdorpen in België.