Erkenning van je bestaan is de basis om je rechten te kunnen realiseren. Wie voor de wet niet bestaat, heeft wel mensenrechten maar kan die moeilijk afdwingen.
De officiële erkenning van ieders bestaan lijkt vandaag in België evident. Toch leven ook hier mensen, waaronder kinderen, in de schemerzone van dit recht.
Op papier lijken ze niet te bestaan, of toch niet genoeg om hun rechten uit te oefenen. Kinderen zonder wettige verblijfsstatus hebben wel toegang tot onderwijs en dringende medische zorg, maar missen in de praktijk meestal degelijke huisvesting en een adequate levensstandaard.
Wereldwijd missen vele kinderen die vandaag worden geboren in vluchtelingenkampen of oorlogsgebieden een officiële identiteit en nationaliteit.
Wereldwijd missen vele kinderen die vandaag worden geboren in vluchtelingenkampen of oorlogsgebieden een officiële identiteit en nationaliteit. Onder hen ook kinderen van Belgen. Ons land zet nu stappen om Belgische kinderen naar hier te halen. Maar we kunnen nog meer doen om kinderen van Belgen aan een officiële identiteit te helpen en naar hier te brengen.
In een bredere betekenis kunnen we stellen dat de overheid kinderen in het algemeen niet altijd volwaardig erkent in hun bestaan. Veelal zijn het volwassenen die rechten uitoefenen en zijn kinderen van hen afhankelijk om hun rechten te realiseren. Het kinderrechtenverdrag is daarom een belangrijke aanvulling op algemene mensenrechtenverdragen. Het erkent kinderen zelf officieel als dragers van rechten. Ze hebben zowel algemene rechten zoals het recht op vrije meningsuiting, als rechten specifiek voor kinderen zoals het verbod op kinderarbeid.
Toch blijven er situaties waarbij kinderen niet lijken te ‘bestaan’ voor de wet. Sommige rechten worden hun ontzegd, zoals zelf naar de rechtbank stappen als ze vinden dat hun rechten zijn geschonden of stemmen bij de verkiezingen. Soms worden kinderen gezien als louter ‘aanhangsels’ van hun ouders. Zo is er de praktijk om minderjarige kinderen van vreemdelingen enkel als ‘bijlage’ te vermelden bij het asiel- of regularisatiedossier van hun ouders. Ook voorwaarden die betrekking hebben op sociale rechten, zien kinderen soms over het hoofd. Een OCMW kan beslissen dat een cliënt zijn leefloon verliest als het vindt dat hij te weinig werkbereidheid toont. De gevolgen voor de kinderen in het gezin worden daarbij niet automatisch in rekening gebracht.
Hoewel kinderen dus op papier wel door de wet erkend zijn, is het de uitdaging om hen ook in de praktijk meer zichtbaar te maken zodat hun rechten beter gerealiseerd worden.
Over Naima Charkaoui
Naima Charkaoui is vanaf maart 2019 de Kinderrechtencommissaris ad interim. Ze was al actief op het commissariaat als beleidsadviseur en stond daarvoor aan het hoofd van het Minderhedenforum. Mensenrechten, kinderrechten en diversiteit zijn haar stokpaardjes. In haar boek Racisme. Over wonden en veerkracht houdt ze een pleidooi voor een betere ondersteuning van de slachtoffers van racisme.