Werknemers die niet kunnen gaan werken wegens de (gedeeltelijke) sluiting van de school, crèche of opvang voor personen met een handicap, kunnen een beroep doen op het stelsel van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht. Deze regeling geldt vanaf 1 oktober tot en met 31 december 2021. Hieronder vatten we de voornaamste zaken voor je samen.
Voor wie?
Dit stelsel van tijdelijke werkloosheid is bedoeld voor werknemers die moeten instaan voor de opvang van:
- Een minderjarig kind dat met hem/haar samenwoont en dat niet naar het kinderdagverblijf of de school kan gaan (met ‘samenwonen’ wordt ook de situatie van co-ouderschap bedoeld).
- Een kind met een handicap dat hij of zij ten laste heeft (ongeacht de leeftijd van het kind) en dat niet naar een centrum voor opvang voor personen met een handicap kan gaan.
Wat moet je doen?
- Breng zo snel mogelijk je werkgever op de hoogte (de werkgever kan niet weigeren).
- Vul het attest sluiting corona in (beschikbaar op de RVA-website). Dit attest bestaat uit twee delen. Het eerste deel laat je invullen door de school, crèche of opvangcentrum. Het tweede deel vul je zelf in.
- Bezorg het volledig ingevulde attest aan je werkgever.
- Indien dit nodig is, moet je ook nog een uitkeringsaanvraag indienen bij het ABVV (contactgegevens van onze lokale kantoren).
Welke uitkering?
- De uitkering bedraagt 70 % van je brutoloon (dit brutoloon is begrensd tot maximaal € 2.754,76). Hierop wordt 15 % bedrijfsvoorheffing ingehouden.
- Daarbovenop ontvang je nog een RVA-toeslag van 5,63 euro per dag.
- Daarbovenop ontvang je ook nog een sectorale aanvullende vergoeding (voorbeeld: in de metaalbouw – PC 111 – bedraagt deze aanvullende vergoeding € 12,07 bruto per dag). Hier lees je hoeveel de aanvullende vergoeding in jouw sector bedraagt.