NIEUWS

ABVV-Metaal Nieuws.
Blijf op de hoogte met ons nieuwsoverzicht

 

De staking bij CNH Industrial neemt steeds grotere proporties aan.  Tachtig tot negentig procent van de 864 werknemers staakt intussen mee met de logistieke ploeg. De productie ligt volledig stil. Naast de grond van de zaak – de toenemende werkdruk, verkeerde materialen en het wantrouwen tegenover de directie – is er nog een extra mes in de wonde gestoken. De directie had bedienden die nog nooit een logistieke job hebben gedaan, naar de logistieke afdeling gebracht om het werk van de stakers over te nemen. En daarbovenop werd  ook nog  een deurwaarder op de stakers afgestuurd. Die deurwaarder dreigde met dwangsommen van 250 tot 2.500 euro. Daarop werd besloten om de 40 tractoren te laten vertrekken. De directie heeft ook andere arbeiders verplicht om de job van hun logistieke collega's over te nemen.

“Even werd het erg spannend aan de poort, toen bleek dat de directie bedienden had opgevorderd om het logistieke werk van de stakende arbeiders te verrichten. Het is net door foutieve en laattijdige bestellingen, uitgevoerd door de bedienden, dat het in de fabriek vierkant draait. Hierdoor worden niet de juiste stukken op tijd geleverd en moeten de logistieke krachten dubbel zo hard werken om toch de productie-afdelingen nog tijdig te voorzien van alle onderdelen. Dat net de bedienden nu het werk van de stakers kwamen 'afpakken', zorgde voor kwaad bloed. Intussen worden de bedienden die willen werken, wel weer doorgelaten”, aldus  Steve Temmerman, hoofddelegee ABVV-Metaal.

De voorstellen van de directie volstaan niet voor de arbeiders. "Het ging om één extra vorkheftruck en het extra personeel moet ook nog opgeleid worden, wat het werk serieus vertraagt. Wij vragen al meer dan een jaar dat het werk op een betere manier georganiseerd wordt, zodat alle stukken juist en op tijd besteld kunnen worden. Dat is wat er moet gebeuren."

Ook de fabrieken in Oostenrijk en Engeland komen in de problemen.  CNH Industrial heeft een fabriek in Sankt Valentin in Oostenrijk en een in Basildon, niet ver van Londen. Die fabrieken krijgen geen materialen meer binnen en liggen dus ook gedeeltelijk plat.